J.P.J. Burgmans, C.E.H. Voorbrood, R.K.J. Simmermacher, N. Schouten, N. Smakman, G.J. Clevers, P.H.P. Davids, E.J.M.M. Verleisdonk, T. van Dalen
Voorzitter(s): E.C.T.H. Tan & D. Boerma
Vrijdag 29 mei 2015
14:16 - 14:26u
in Brabantzaal
Categorieën: best abstract en best poster sessie
Parallel sessie: NVvH Best Abstract en Best Poster Award
Inleiding
Het standaard plaatsen van een kunststof matje voor het herstellen van een liesbreuk, heeft de kans op het krijgen van een recidief verlaagd tot minder dan 4%. Een matje heeft ook nadelen: het is een vreemd lichaam dat een ontstekingsreactie opwekt welke weer kan leiden tot fibrose, pijn en stijfheid. Lichtgewicht matjes met minder materiaal en grotere poriën beperken deze reactie en worden aanbevolen voor de open anterieure (Lichtenstein) techniek. Dit voordeel kan tot op heden niet worden aangetoond bij de endoscopische correctie en het percentage recidieven lijkt hoger.
Methode
Tussen maart 2010 en oktober 2012 werden 950 mannen met een primaire, enkelzijdige, reponibele liesbreuk gerandomiseerd. Data werden verzameld aan de hand van gevalideerde vragenlijsten. Uitkomstmaten waren chronische pijn, recidieven, matgevoel en kwaliteit van leven.
Resultaten
De resultaten na 3 maanden werden eerder gepresenteerd en lieten geen significante verschillen zien tussen de twee groepen. Na 1 jaar was het percentage relevante pijn (NRS 4-10) significant hoger in de Ultrapro groep (2.9%), vergeleken met de Prolene groep (0.7%) (p=0.01). Na 2 jaar werd dit verschil nog steeds gezien (p=0.03). Na 2 jaar zagen we 4 (0.8%) recidieven in de Prolene groep en 13 (2.7%) recidieven in de Ultrapro groep (p=0.03). Er werden geen significante verschillen gezien in matgevoel of kwaliteit van leven scores.
Conclusie
Een lichtgewicht matje biedt geen enkel voordeel ten opzichte van een zwaargewicht matje bij het herstel van een liesbreuk met een TEP. Er zijn significant meer recidieven en er is significant meer pijn 1 en 2 jaar postoperatief.