De mate van pathologische respons op neoadjuvante chemoradiatie therapie is van grote waarde voor patiënten met een oesophaguscarcinoom


C.M. den Bakker, J.K. Smit, A.M.E. Bruynzeel, H.M.W. Verheul, N.C.T. van Grieken, M.A. Cuesta, J.T.M. Plukker, D.L. van der Peet

Voorzitter(s): J.W. van Sandick & J.W. van den Berg

Donderdag 28 mei 2015

17:20 - 17:30u in Zaal 80/81

Categorieën: vrije voordracht, gastro-intestinale chirurgie

Parallel sessie: V11 Upper GI/Oesophagus/Maag II


Doel:
Neoadjuvante chemoradiatie therapie (nCRT) wordt toegepast om de overleving en ziektevrije overleving van patiënten met een oesophaguscarcinoom te verbeteren. Het behandelen met nCRT leidt in 25% tot complete pathologische respons (pCR). Non-responders worden blootgesteld aan verhoogde perioperatieve morbiditeit en mortaliteit. Het doel van deze studie is om voorspellende factoren voor het verkrijgen van pCR op nCRT te identificeren en daarnaast het vergelijken van oncologische uitkomsten tussen patiënten met een pathologische non-respons en patiënten die primair geopereerd zijn.

Methode:
Patiënten die behandeld zijn met nCRT in de periode 2005 - 2013 zijn geïncludeerd (n=115). De overleving van patiënten met een pathologische non-respons (Mandard 4/5) wordt vergeleken met een propensity score matched (1:2) cohort van 218 primair geopereerde patiënten.

Resultaten:
pCR werd in 34% bereikt. In ons multivariate regressie model zijn vrouwelijk geslacht (HR 3.0, 95% CI 1.03-8.80) en plaveiselcelcarcinoom (HR 7.5 95% CI 2.48-22.69) geïdentificeerd als voorspellende factoren voor het hebben van pCR. 49 patiënten zijn pathologische non-responders en deze zijn gematched met 98 patiënten uit het cohort met primair geopereerde patiënten. De overleving was vergelijkbaar tussen de 2 groepen (Log-rank p = 0.145).

Conclusie:
Patienten van het vrouwelijk geslacht en met een plaveiselcelcarcinoom hebben een hogere kans om pCR op nCRT te verkrijgen. Patiënten met een pathologische non-respons hebben geen voordeel van nCRT. Daarom is het belangrijk om factoren te identificeren en toe te passen die respons op nCRT kunnen voorspellen om daardoor ook de juiste kandidaten te selecteren die behandeld zullen worden met nCRT voorafgaand aan resectie.