Behandeling van de oksel op maat bij patiënten met lymfeklier-positief mammacarcinoom na neoadjuvante chemotherapie: een algoritme met PET/CT en markering met een jodiumbron (MARI-procedure)


B.B. Koolen, M. Donker, M.E. Straver, R.A. Valdés Olmos, E.J.T. Rutgers, M.J.T.F.D Vrancken Peeters

Voorzitter(s): E.J.T. Luiten & J. de Roose

Donderdag 28 mei 2015

17:20 - 17:30u in Baroniezaal

Categorieën: vrije voordracht, oncologische & endocriene chirurgie

Parallel sessie: V12 Mammachirurgie


Inleiding:
De optimale behandelstrategie voor de oksel bij lymfeklier-positieve mammacarcinoompatiënten na neoadjuvante chemotherapie blijft onderwerp van discussie. Het doel van deze studie was te beoordelen of de okselbehandeling aangepast kan worden op basis van de PET/CT in combinatie met de MARI-procedure.

Methoden:
Tussen oktober 2008 en november 2012 konden mammacarcinoompatiënten met cytologisch bewezen okselkliermetastasen participeren in de MARI-studie (Marking Axillary lymph nodes with Radioactive Iodine seeds). Hierin werd een tumor-positieve okselklier vóór neoadjuvante chemotherapie gemarkeerd met een jodiumbron (=de MARI-klier). Vóór de neoadjuvante chemotherapie werd een PET/CT verricht ter beoordeling van het aantal FDG-avide okselklieren. Na de neoadjuvante chemotherapie werd de MARI-klier separaat geëxcideerd en een aanvullende okselklierdissectie verricht.

Resultaten:
Bij 65 van de 95 patiënten werden 1-3 FDG-avide lymfeklieren in de oksel gezien, terwijl bij de overige 30 patiënten multipele (≥4) FDG-avide okselklieren werden gevonden. In geval van een pathologische complete respons in de MARI-klier werd bij 14-20% van de patiënten additionele tumor-positieve lymfeklieren gevonden in de okselklierdissectie. Bij patiënten met vitale tumorcellen in de MARI-klier was dit bij 70-85% van de patiënten het geval. Het mediane aantal additionele tumor-positieve lymfeklieren was hoger in de groep patiënten met ≥4 FDG-avide okselklieren dan in de groep met 1-3 FDG-avide okselklieren. Naar aanleiding van deze data kan een behandelvoorstel worden gemaakt (figuur 1) op basis van PET/CT en MARI-procedure.

Conclusie:
Een PET/CT in combinatie met de MARI-procedure biedt voor mammacarcinoompatiënten met okselkliermetastasen een minimaal-invasieve methode voor nauwkeurige stadiering van okselklieren na neoadjuvante chemotherapie en een hulpmiddel voor aanpassing van de okselbehandeling.